Wat maakt mij tot een huis?
Open de voordeur
en kom in me wonen. Adem
en eet in mijn kamers, struikel
over het tapijt, verlies je sleutels
en vergeet je donkerrode paspoort
naast de fruitmand. Stouw me vol
met strooilicht, uitgetrapte sportschoenen
en halfopen deuren. Ik wil onopgemaakte bedden
en uitpuilende wasmanden, een gehaaste vrouw
die nog iets zoekt in een handtas. Ik wil een badjas
over een stoel, een hangplant die moet drinken,
ik wil zachte stukjes zeep en schelpen, vocht
dat in voegen dringt. Geef me zoveel mogelijk
verfomfaaide handdoeken en pedaalemmers,
gespikkelde bananenschillen, kattenbelletjes
op de keukentafel en herinneringen
aan oma’s bloempotten op de vensterbank.
Bewoon me. Bewaar me. Breek mijn buik
vol tussenruimtes niet open,
behoud de donkere passages
waarin bewoners ooit bewogen,
schimmen die vervaagden
en de nieuwe lichamen
die me bezoeken, me opmeten,
mijn wanden bevoelen en mijn ramen
openen, de bries binnenlaten.
(Tijl Nuyts schreef dit gedicht voor 'het register van bouwbiografische portretten': een project van Bart Decroos en Laura Muyldermans in samenwerking met Passa Porta, Archipel, nadine laboratory for contemporary arts, en met de steun van de Vlaamse Gemeenschap.)